Jacob Jansz Boreel

28-3-17114-4-1778

Jacob Jansz Boreel was de zoon van Jan Jeronimus Boreel en Anna Maria Pels. Hij trouwde met Agneta Margaretha Munter (zijn volle nicht) op 28 februari 1735 in de Nieuwe Kerk te Amsterdam. Het echtpaar kreeg 9 kinderen waarvan er 4 volwassen werden. Daaronder oudste dochter Catharina (Catootje) die verliefd werd op de Zwitserse gouverneur-huisleraar Claude Pelet de Narbonne, en hem ook, in 2e echt, huwde. Dit alles is fraai beschreven in de roman van Marie van Zeggelen: Een liefde in Kennemerland.

Jacob studeerde recht in Leiden en was ondermeer Secretaris (1734) en Schepen van Amsterdam (1737); Raad en Advocaat fiscaal der admiraliteit van Amsterdam, 1737-1778; Minister van Staat (1759); Ambassadeur extraordinair naar Engeland, 1761 en 1762; Meesterknaap van Gooiland.

Op 21 maart 1742 kocht hij voor 28.000 gulden Beeckesteijn in Velsen en liet de buitenplaats en de tuin verfraaien.